Dit is het tweede jeugdboek dat Evert Hartman geschreven heeft. Toen hij dit boek schreef speelde het zich in de (nabije) toekomst af. Inmiddels zijn we al zo'n twintig jaar verder. Het boek beschrijft de groei van een politieke partij de ASP, Alternatieve Samenlevings Partij, in het jaar 1992 en maakt een sprong naar het jaar 1997 waarin deze partij aan de macht gekomen is.
De titel Vechten voor Overmorgen geeft de strijd voor een betere toekomst weer. In 1992 strijd Maarten samen met zijn vriendin Joke voor een betere samenleving, dat wil zeggen: minder werkeloosheid en milieuvervuiling, meer energiebesparing en een betere volksgezondheid. Na vijf jaar is die strijd afgerond, de ASP is aan de macht, ze hebben bereikt waar ze voor streden en dan zijn het anderen die in opstand komen. Dit keer zijn het Eddy en Mariska, Maartens jongere broertje en zus, die de samenleving willen verbeteren. Zij willen af van al die vreselijke regels en controles die een persoonlijke vrijheid onmogelijk maken. De strijd die beide voeren is wel anders, Maarten is een echte idealist, hij vecht voor de idealen van de ASP. Mariska is veel feller en haar strijd komt meer voort uit een gevoel van onrecht of onrechtvaardigheid. Ze komen in het boek dan ook tegenover elkaar te staan.
Evert Hartman schrijft over ingewikkelde, mogelijk zelfs moralistische, thema's. Zijn manier van schrijven is gelukkig niet ingewikkeld, er zit voldoende vaart in het verhaal. Hij schrijft vrij beschrijvend, wat wel een beetje de ruimte voor eigen fantasie wegneemt. De manier waarop hij zijn personages neerzet maakt dat ze gaan leven, ieder met een duidelijk eigen karakter, heel knap gedaan.
De titel Vechten voor Overmorgen geeft de strijd voor een betere toekomst weer. In 1992 strijd Maarten samen met zijn vriendin Joke voor een betere samenleving, dat wil zeggen: minder werkeloosheid en milieuvervuiling, meer energiebesparing en een betere volksgezondheid. Na vijf jaar is die strijd afgerond, de ASP is aan de macht, ze hebben bereikt waar ze voor streden en dan zijn het anderen die in opstand komen. Dit keer zijn het Eddy en Mariska, Maartens jongere broertje en zus, die de samenleving willen verbeteren. Zij willen af van al die vreselijke regels en controles die een persoonlijke vrijheid onmogelijk maken. De strijd die beide voeren is wel anders, Maarten is een echte idealist, hij vecht voor de idealen van de ASP. Mariska is veel feller en haar strijd komt meer voort uit een gevoel van onrecht of onrechtvaardigheid. Ze komen in het boek dan ook tegenover elkaar te staan.
Evert Hartman schrijft over ingewikkelde, mogelijk zelfs moralistische, thema's. Zijn manier van schrijven is gelukkig niet ingewikkeld, er zit voldoende vaart in het verhaal. Hij schrijft vrij beschrijvend, wat wel een beetje de ruimte voor eigen fantasie wegneemt. De manier waarop hij zijn personages neerzet maakt dat ze gaan leven, ieder met een duidelijk eigen karakter, heel knap gedaan.