Sprookjes
Met Er was eens… beginnen bijna alle sprookjes en hij blijkt dat dit in
andere talen het zelfde is. Met deze woorden
gaat een wondere wereld open waarin koningen , prinsessen en doodgewone
mensen leven naast heksen, dwergen, reuzen, draken en sprekende dieren. Geen
sprookjesfiguur die opkijkt wanneer hij of zij wordt aangesproken door een
dier. In elk geval overwint het goede altijd het kwade in sprookjes. Denk maar
aan Sneeuwwitje, Hans en Grietje, Doornroosje,
de Wolf en de zeven geitjes, enzovoort. Ook lezen we over kastelen,
koekhuisjes en een onherkenbare (?) wolf met oma’s pyama in een hemelbed in een
schattig huisje in het bos. Ook zijn er volkssprookjes die oorspronkelijk
alleen verteld werden. Hiervan hebben wij ook sprookjes uit andere landen leren
kennen, zoals 1001 nacht. Grote
sprookjesschrijvers en verzamelaars van sprookjes zijn bijvoorbeeld de
gebroeders Grimm. De traditionele
sprookjes lenen zich ook heel goed voor een humoristische versie. Bekijk maar
eens de Gruwelijke Rijmen van Roald
Dahl en Grootmoeder, wat heb je grote
oren van Jaques Vriens. Waar je vroeger in spanning dichtbij je oma zat te
luisteren, rol je nu over de bank van het lachen.